Wetboek-online maakt gebruik van cookies. sluiten
bladeren
zoeken

Jurisprudentie

BB7342

Datum uitspraak2007-10-17
Datum gepubliceerd2007-11-07
RechtsgebiedPersonen-en familierecht
Soort ProcedureEerste aanleg - enkelvoudig
Instantie naamRechtbank Alkmaar
Zaaknummers97730 / FA RK 07-841
Statusgepubliceerd


Indicatie

Een verzoek van één van de beide gezaghebbende ouders om vervangende toestemming te verlenen tot het wijzigen van de geslachtsnaam van 2 minderjarige kinderen is naar het oordeel van de rechtbank aan te merken als een geschil in het kader van gezamenlijke gezagsuitoefening, een en ander zoals genoemd in artikel 253a van Boek 1 BW.


Uitspraak

RECHTBANK TE ALKMAAR Sector civiel recht BB zaak- en rekestnummer: 97730 / FA RK 07-841 datum: 17 oktober 2007 Beschikking van de enkelvoudige kamer voor de behandeling van burgerlijke zaken in de zaak van: VERZOEKSTER, wonende te Oosterend, gemeente Texel, verzoekende partij, procureur: mr. M. Berbee, tegen: GEREKWESTREERDE, wonende te Heerlen, gerekwestreerde, niet verschenen. Partijen zullen verder ook worden aangeduid als de vrouw en de man. HET VERLOOP VAN DE PROCEDURE Ter griffie van deze rechtbank is op 10 augustus 2007 het verzoekschrift van de vrouw ingekomen waarin wordt verzocht vervangende toestemming te verlenen voor het wijzigen van de geslachtsnaam van de minderjarigen [KIND 1], geboren in de gemeente 's-Hertogenbosch op [GEBOORTEDATUM] en [KIND 2], geboren in de gemeente Oss op [GEBOORTEDATUM], waarbij de handtekening van de rechtbank de handtekening van de man vervangt. De man heeft geen verweerschrift ingediend. Ingekomen is een verklaring van de man van 28 september 2007, waaruit blijkt dat hij kennis heeft genomen van het verzoekschrift en dat hij toestemming verleent voor het wijzigen van de geslachtsnamen van voornoemde minderjarigen. Er heeft geen mondelinge behandeling plaatsgevonden. DE BEHANDELING VAN DE ZAAK De vrouw heeft ter onderbouwing van het verzoek het volgende aangevoerd. De (destijds arrondissements)rechtbank te 's-Hertogenbosch heeft bij beschikking van 19 mei 2000 tussen partijen, op 25 september 1991 in de gemeente Neerijnen gehuwd, echtscheiding uitgesproken. Deze beschikking is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand op 28 juli 2000. De vrouw en de man oefenen gezamenlijk het gezag uit over voornoemde minderjarigen. Blijkens een tweetal brieven van beide minderjarigen vindt er thans geheel geen omgang meer plaats tussen de man en de minderjarigen. De band is geheel verbroken, de minderjarigen wensen ook niet langer de achternaam van de man, maar de achternaam van de vrouw te dragen. Voorts heeft de vrouw in dat kader nog een verklaring van de huisarts van de minderjarigen overgelegd. De vrouw heeft reeds een verzoek tot geslachtsnaamwijziging ingediend, doch daarbij is gebleken dat de man daartoe zijn toestemming dient te verlenen. Dit verzoek van de vrouw is aangehouden, in afwachting van toestemming van de man c.q. vervangende toestemming, af te geven door de daartoe bevoegde rechtbank. Er is geen sprake van communicatie tussen partijen; de vrouw heeft meermalen gepoogd om contact op te nemen met de man, doch deze heeft nimmer gereageerd op de diverse verzoeken van de vrouw. Het verzoek van de vrouw is naar het oordeel van de rechtbank aan te merken als een geschil in het kader van de gezamenlijke gezagsuitoefening, een en ander zoals genoemd in artikel 253a van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek. Voormeld artikel geeft aan dat, alvorens te beslissen, de rechtbank een vergelijk tussen de ouders beproeft. De rechtbank zal echter, mede gelet op voormelde verklaring van de man, het verzoek van de vrouw toewijzen, nu het belang van de minderjarigen daarmee het meest is gediend. DE BESLISSING De rechtbank: Verleent (vervangende) toestemming tot wijziging van de geslachtsnaam van de minderjarigen: 1. [KIND 1], geboren in de gemeente 's-Hertogenbosch op [GEBOORTEDATUM], en 2. [KIND 2], geboren in de gemeente Oss op [GEBOORTEDATUM]. Verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad. Deze beschikking is gegeven door mr. W.C. Oosterbroek, lid van gemelde kamer, tevens kinderrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 17 oktober 2007, in tegenwoordigheid van de griffier.